Ingrediënten
Bakmateriaal:
- springvorm met bodem van 20 cm diameter
Deeg:
- 100 g tarwebloem patent
- 50 g rauwe rijstebloem*
- 50 g witte basterdsuiker
- snufje zout
- 100 g roomboter
Voorts:
- boter voor de vorm
- bloem voor het werkvlak
- witte basterdsuiker voor bovenop
Men heeft zich in Schotland vaak heel druk gemaakt over de oorsprong van de rare naam pettycoat tails voor dit verfijnde soort zandkoekje. De dikkere soort (shortbread) is meer voor mannen, schrijft Catherine Brown, kenner van de Schotse keuken. In de tijd van de Auld Alliance, een pact tussen Frankrijk en Schotland tegen Engeland van de 13de tot halverwege de 16de eeuw, zijn er flink wat Franse woorden in de taal geslopen en zo denken sommigen dat de naam van deze koekjes een verbastering is van petites gatellles (kleine koekpuntjes). Misschien wel meegebracht door Mary Stuart toen ze na haar kortstondige huwelijk met de Franse koning in 1561 in het tumultueuze Schotland terugkeerde. Dat wijst de Cleikum Club in Walter Scott’s St.Ronan’s Well (1823) echter resoluut van de hand, want die ziet in de driehoekige vorm een pandje van een hoepelrok (met wespentaille!) van de hofdames. Of van Mary’s eigen onderjurk natuurlijk…
- Bloem suiker en zout zeven in een kom. Boter met twee messen erdoorheen snijden en zo snel mogelijk een soepel maar niet zacht deeg kneden.
- De bodem van de vorm en het onderste deel van de opstaande rand invetten. Vorm uit elkaar nemen.
- Het deeg op een licht bestoven werkvlak uitrollen tot een cirkel van 20 cm. Op de losse bodem leggen en nog eens glad rollen.
- Middenin een rondje drukken met een wijnglas (6 cm). De buitenste ring vanuit het midden in 8 gelijke partjes snijden: de petticoat pandjes. Elk pandje en ook het middelste rondje 4x inprikken met een vork. De ring om de bodem klemmen. Koelen.
- Oven voorverwarmen op 160˚C. Het deeg op de middelste richel heel lichtbruin bakken in 35 minuten (voor 2 stuks zelfde tijd). Dan dadelijk dunnetjes witte basterd eroverheen zeven. Laten afkoelen in de vorm. Voorzichtig lossnijden; ze zijn teer. In een gesloten trommel blijven ze lang goed.
*Rauw omdat het niet lukt met voorgekookt ‘kindermeel’. Kijk even bij ‘glutenvrij’.