Ingrediënten
Bakmateriaal:
- 2 ovenbakplaten met bakfolie,
- stervormig koekstekertje
- (5 cm van punt tot inkeping)
Deeg voor circa 28 stuks:
- 60 ml dik vloeibaar (= vers) eiwit
- 1 theelepel citroensap
- 150 g poedersuiker
- ½ theel. geraspte citroenschil
- 2 theel. kaneel
- 200 g fijngemalen amandelen met vlies
Bovenop:
- poedersuiker
- 2 theelepels rum
Wij Nederlanders zijn de grootste koeketers ter wereld. We zijn dus veel gewend, maar wie in de laatste maand van het jaar op bezoek komt in Duitsland staat versteld van het buitengewoon gevarieerde Weihnachtsgebäck. Vooral in Schwaben, en dat al zo lang. De Neckarzeitung van 17 december 1910: “Voor de huisvrouw in Schwaben is het kerstgebak gewoonweg een erezaak. Al aan het begin van de kerstmaand zie je lieftallige keukenfeeën over de straten flitsen, trots een bakblik balancerend met meesterwerken van haar culinair talent erop gerangschikt.” Zoals deze Zimtsterne.
Mijn Bayrisches Kochbuch waarschuwt dat je niet vroeg genoeg kunt beginnen: “Het geeft de tijd voor Kerst een bijzondere sfeer en noopt de bakker tot het uitnodigen van hen die geen echt thuis meer hebben”. Op straat paraderen met bakblikken dat doen wij Nederlanders niet, maar zelfgebakken koekjes wil iedereen graag aan anderen laten proeven.
- Het eiwit heel stijf slaan met de klophaken van de mixer. Citroensap er al kloppend bij druppelen, dan lepelsgewijs de gezeefde poedersuiker. Nog een paar minuten doormixen.
- Drie opgehoopte eetlepels van de schuimmassa apart houden. Koelen.
- Kaneel en citroenschil door de rest kloppen. Het ‘amandelmeel’ daardoorheen scheppen.
- Een werkvlak bestrooien met poedersuiker. Het deeg licht met poedersuiker bestrooien en uitrollen tot ½ cm dikte. Daaruit sterren steken. Over de bakplaten verdelen. Doorgaan tot alle deeg verwerkt is.
- Oven voorverwarmen op 150˚C.
- Het achtergehouden eiwit mengen met 2 theelepels rum. Half theelepeltje middenop een ster scheppen. Met een mes egaal uitstrijken naar de puntjes.
- Op de onderste richel kwartier bakken. De bovenkant moet wit blijven en de binnenkant een beetje taai. Met folie en al op een plat vlak laten glijden. Laten afkoelen. Luchtdicht bewaren. Mochten ze te droog zijn geworden: licht warmen in oven van 175˚C en ze zijn weer trekkerig. Diepvriezen gaat prima. Ontdooien bij 175˚C.