De pannekoek: het oudste brood van de wereld en nog steeds het dagelijks brood bij volken die te arm zijn om te bakken in een oven. Maar zoals het vaak gaat met voedsel: dingen waarvan de mensheid vroeg begon te genieten blijven populair. Vooral als het goedkoop en makkelijk te maken is.
Pannekoeken zijn vaak het eerste gerecht dat kinderen vol trots zelf leren te bakken. Iedereen kan het, zelfs mannen …
Dat is handig, want er kunnen altijd tijden komen dat we weer terug moeten vallen op dit basisvoedsel. Sta mij toe een verhaal door te geven van mijn echtgenoot. Hij was negen jaar in de hongerwinter van 1944-45. Om het enorme gebrek in het westen van ons land te lenigen begonnen geallieerde vliegtuigen tegen het einde van de oorlog voedsel in plaats van bommen af te werpen. Die eerste droppings van 29 april 1945 kwamen zomaar op weilandjes in de buurt van woonwijken.
We doken allemaal, zoals altijd als we vliegtuigen laag hoorden aankomen, weg van de ramen. Maar opeens zagen we zakken in plaats van bommen naar beneden komen in een veldje voor het huis. Toen er verder niks meer gebeurde, vlogen we allemaal naar buiten om te kijken wat het was. Ik kreeg een grote baal te pakken en ging erop liggen om hem te beschermen tegen de toestormende volwassenen die mij de zak afhandig wilden maken. Maar ik kon niet voorkomen dat zij de zak openmaakten. Er bleek meel in te zitten. Iets kostbaarders bestond niet! Opeens hoorde ik een stem die streng zei: ‘Laat dat mensen! Die jongen heeft die zak gevonden. Laat zijn familie de inhoud delen met de buurt. Zij weten wel waar het het hardste nodig is.’
Gelukkig kwam toen net mijn moeder eraan met een fiets zonder banden, want ook banden waren er niet meer. We brachten de zak op de fiets naar huis en nodigden mensen uit de buurt om met hen deze gift uit de hemel te delen.
’s Avonds zaten we in een kring om het Mayo-kacheltje, een noodfornuisje van blik dat met de splinters van een deur die we opgeofferd hadden gestookt werd. De rook steeg direct op in de kamer. We hadden geen gas, kolen, houtblokken, geen electriciteit. Geen boter of slaolie. Geen melk, suiker of eieren. Geen gist of bakpoeder. Enkel water. Hoe hij het voor elkaar gekregen heeft weet ik niet meer, maar ‘Daan’, een onderduiker die wij in huis hadden, bakte een enorme, heel dikke pannekoek van het meel. Het was zo ongekend lekker! Ik kan me nog de droge, wat rokerige smaak herinneren. Neem mij niet kwalijk Janny, maar dat was de beste pannekoek die ik ooit gegeten heb. De buren en wij aten meer dan een week die pannekoeken. We noemden ze liefdevol onze ‘badmatten’.
De zak waar het meel in zat was bedoeld geweest als zak voor Portland Cement. Mijn moeder heeft die zak uit dankbaarheid voor een deel geborduurd in de kleuren van de Nederlandse vlag. Hij hing jarenlang bij ons aan de muur.
Later heb ik als kookschrijfster in de familie die zak van haar gekregen. Het herinnert ons eraan dat op veel plaatsen in de wereld mensen het nog steeds met dit allereenvoudigste baksel moeten doen. Maar als je ziet hoeveel variaties er op dit ene thema gemaakt zijn met de meest uiteenlopende soorten meel ga je beseffen dat arm niet saai of fantasieloos hoeft te zijn. Daarom probeer ik op deze site te laten zien wat men er in allerlei hoeken van de wereld voor bedacht heeft. Veel van deze recepten zijn totaal onbekend in onze pannekoekenrestaurants. Dus zelf aan het bakken mannen!