Ingrediënten
Bakmateriaal:
- ingevette anti-aanbak tulbandvorm,
- bovenkant 22 cm diameter,
- hoogte 10 cm, inhoud 2,5 l
Deeg:
- 375 g tarwebloem voor brood
- 7 g instantgist (Oetker)
- 1 theel. suiker
- 50 g zachte boter
- 1 ei
- circa 200 ml lauwe melk
- 2 theel. zout (4 g)
- peper naar smaak
Vulling:
- 450 g verse worst
- 2 eetl. boter
- 2 eetl. gesnipperde ui
- paprikapoeder
- weinig tijmblad
- 100 g rookspek in kleine blokjes
- 1 losgeklopt ei
Garnering:
- 2 eetl. braadvet
- 2 eetl. tarwebloem, patent
- 125 ml bouillon
- 100 ml melk
- 100 ml slagroom
- 1 eetl.kappers
- peper, zout
- 2 eetl. fijngesneden lavas (maggiplant)
- bloemkoolroosjes
Westfalen is een bier- en varkensland, met een keuken waarop ze zelf zo trots zijn dat ze beweren dat ze de veldslag in het Teutoburgerwoud in het jaar 9 hebben gewonnen omdat ze geen Romeins eten bliefden. Toegegeven: dat was toen nog geen pizza! Bij deze Bratwurstkranz hoort uiteraard bier. Liefst Dortmunder, al vermeld in een handschrift van 1226. Ook Westfaalse vrouwen namen vaak liever bier dan koffie. Het ‘bierkransje’ hoorde eeuwenlang bij het leven van ‘dames van beschaafde stand’. Ik kies voor rode wijn en wel Dornfelder.
- Bloem, gist en suiker mengen, boter en ei erbij. Genoeg melk toevoegen voor een soepel deeg. Na na even kneden zout en peper erdoor. Kwartier kneden met de hand, 10 minuten machine, laagste stand. Drie kwartier bij kamertemperatuur in de kom rijzen onder een vochtige doek.
- Worst inprikken. Kokend water erover. Afdrogen, met paprika bestrooien. Bakken in boter met spek, ui en tijm (12 minuten). Laten uitlekken – braadvet bewaren – afkoelen.
- Oven voorverwarmen op 200˚C.
- Deeg halveren, beide helften op bebloemd werkvlak uitrollen tot een cirkel van 25 cm diameter. Beide cirkels met losgeklopt ei bestrijken.
- De vulling in tweeën delen. Een streep van worst en ui (25 cm) middenop elke deegcirkel leggen, spek eromheen strooien, oprollen. Een rol in de vorm leggen, vouw aan de binnenkant. Bovenkant met ei bestrijken. De andere rol ertegenover leggen zo dat de dunne stukken over elkaar komen en alles even hoog wordt. Aandrukken, bovenkant bestrijken met ei; 10 minuten narijzen.
- Bakken: 45 minuten, onderste richel.
- Braadvet verwarmen, bloem erbij roeren. Klutsend bouillon toevoegen, doorkoken, melk, room en kappers erbij, kort sudderen. Peper, zout en lavas erdoor. Bloemkoolroosjes 3 minuten koken in veel water, afgieten, warm houden.
- Krans keren, vullen met roosjes, saus erover.
