Ingrediënten
Materiaal:
- vlaaivorm van 30 cm middellijn (leuk cadeau!)
- rondje bakpapier van 30 cm middellijn
- 2 grote deegkommen
- 1 kleine deegkom
- zeef
- weegschaal
- maatbeker
- garde
- taartrooster
- ovenwanten
- bak-kwastje
- platte plank die op de vorm past
- taartstolp of grote pan
Ingrediënten:
- 2 potten kersen zonder pit (samen 700 g uitlekgewicht)
- flink wat wat zachte boter voor de vorm
- 250 g zelfrijzend bakmeel
- 150 g witte basterdsuiker zonder klontjes
- ½ theel. zout
- 150 ml melk
- 3 eieren, groot
- 50 g heel zachte boter
- 50 g amandelschaafsel
- potje kersenjam
Behalve chocolade bonbonnières, het nieuwste op verpakkings- en verslavingsgebied, boekenleggers en zelfgemaakte prullenmandjes brengt Moederdag ook nog iets anders met zich mee. Dof gebonk in de keuken. Gegiechel, een machine, die veel te lang aanstaat… De jeugd kookt!
Moeder zit met gekrulde tenen in haar makkelijke stoel met een boek, waarop ze zich helemaal niet kan concentreren. Want ze wordt heerlijk verwend.
Het begon allemaal in de jaren zestig. Voor die tijd moesten kinderen overal met hun handjes afblijven. Maar toen kwam onder auspiciën van het Voorlichtingsbureau van de Voeding een kookboek uit “Vandaag kook ik” met als ondertitel: “Warme maaltijden en lekkere hapjes, die meisjes (en ook jongens !) op hun eigen houtje kunnen klaarmaken.” Behalve de truttige raad om een schort voor te binden een echt goed boekje. Met een taalgebruik waarvan de huidige jeugdkookboekschrijvers nog wel iets zouden kunnen leren, want in hun summiere tekst vind je toch nog heel vaak woorden als “dooreen” en “verwijder”. Dat soort plechtigheden wordt totaal vermeden. Het gaat er wel over een groenteteil en over een bloemkool waaraan veel ham te pas komt “zodat het een extra lekkere schotel is”. Geen vegetarische of buitenlandse gerechten, dat moest allemaal nog komen. In het kookboek van Mies Bouhuys “Alles kan in de Lepelstraat”, waaraan de leerlingen van de Larense Montessori-school meewerkten (1971) vind je de eerste kebab.
In feite een snelle ontwikkeling, die zeker te maken zal hebben met de anti-autoritaire opvoeding in zoveel moderne sixty-families. Het kleine meisje had uit de suikerpot mogen eten, mocht ook een ei bakken, zodra zij boven het aanrecht uitkwam. En ze had geleerd haar eigen weg te vinden – op een wandeling liep Vader immers altijd met haar mee in plaats van andersom. Vandaar een hausse in de verkoop van de kinderkookboekerij, want zo’n kind moest toch ergens de wijsheid vandaan halen. Dat heeft zijn uitwerking niet gemist. Het Marxisme is voorbij maar de vruchten van de niet burgerlijke opvoeding blijven staande. De strijd is niet voor niets gestreden!
Zie ook: Moederdagtaart uit Slovenië.
- Alles klaarzetten! Ook het bakmateriaal.
- Oven voorverwarmen op 150˚C. Met het ovenrooster op de onderste richel.
- Een zeef op een grote deegkom leggen. De kersen hierop laten uitlekken.
- De vorm insmeren met boter, het bakpapier erin leggen en heel dik met boter besmeren.
- De uitgelekte kersen op een schone theedoek leggen, zachtjes drukken om ze af te drogen. Dicht naast elkaar in de vorm leggen. Het sap gaat de koelkast in: straks lekker opdrinken.
- Bakmeel, basterdsuiker en zout door elkaar roeren in een grote deegkom.
- De melk afmeten in een maatbeker. De eieren daarboven open tikken met een mes (schalen wegdoen), in de kom laten lopen. De zachte boter erbij doen. Met een garde loskloppen.
- De eiermelk-met-boterklontjes met dezelfde garde door het gemengde bakmeel kloppen. Blijven kloppen tot je nog maar heel kleine boterklontjes ziet.
- Het beslag met een grote lepel over de kersen scheppen, dan voorzichtig uitstrijken zodat alle kersen bedekt zijn.
- Het beslag met amandelschaafsel bestrooien. De vorm met ovenwanten op het ovenrooster (onderste richel) in de oven zetten; 1 uur en 10 minuten bakken.
- Het potje jam in een bak warm water zetten. Een zeef op een kleine kom zetten en de lauwe jam met de achterkant van een lepel erdoor drukken. De pulp terug in het potje scheppen.
- De gebakken taart met ovenwanten uit de oven nemen. Op het taartrooster zetten. Wachten tot de vorm zo lauw is dat je hem met blote handen kunt aanpakken.
- Een plank op de taart zetten. Stevig aandrukken en omkeren zodat de onderkant boven komt. De vorm wegnemen. Het papier voorzichtig van de kersen trekken. Niet schrikken van de kleur, want je gaat ze met de helft van de gezeefde jam bestrijken. Taartstolp of pan eroverheen zetten tot straks of morgen. Voordat je hem vertoont inkwasten met de rest van de gezeefde jam.
