Ingrediënten
Bakmateriaal:
- beboterde bakvorm (30x22x3cm)
- bakpapier voor de bodem
Deeg:
- 300 g fijngemalen ontvliesde amandelen (amandelmeel)
- 225 g fijne kristalsuiker
- 3 verse eieren (L)
- 1 volle eetlepel citroensap
- 1 druppel bittere amandel-olie
In de eerste eeuw van onze jaartelling schreef de Romeinse auteur Seneca: ‘Er is niets zo bitter dat een geduldige geest er geen troost voor kan vinden’. Bakkers en koks hebben dat al van oudsher begrepen: bitter wordt goed door zoet. Zo ook bij de Poolse koekjes die de naam Mazurek migdałowy dragen, Amandel-mazurka’s. Men noemt ze ook wel ‘koningsmazurka’s’, omdat ze aan het hof zeer geliefd waren. Nu is inderdaad bekend dat er al in de 14e eeuw om koningin Jadwiga – een Hongaarse – te plezieren veel amandelen in Polen werden geïmporteerd. Maar niemand weet waarom Poolse koekjes dezelfde naam dragen als de zwierige dansen van Chopin, die zich daarvoor liet inspireren door de volksdansen uit Mazurië. Ook het Ethnologisch Museum in Warschau weet het niet. Misschien kwam er heel vroeger aan de Mazurische dansen zoet gebak te pas, net als bij de Russische Makovitza, een oogstdans. Ieder meisje had een stukje cake bij zich en at dat wiegend op het ritme van de dans – tot een stoute jongen ook een hapje wilde.
- De bodem van de beboterde vorm beleggen met bakpapier, ook dat invetten.
- Het amandelmeel in een kom vermengen met de suiker. De eieren loskloppen met sap en olie. Dat mengsel door de inhoud van de kom roeren met de kneedhaken van de handmixer zodat een smeuïge pasta ontstaat.
- De pasta met behulp van een lepel en een vork in dicht opeen liggende schepjes over de vorm verdelen. Deze bergjes met de bolle kant van een natte lepel (telkens even afspoelen) uitstrijken tot een egale plak, die de hele bodem bedekt.
- Oven voorverwarmen op 175˚C.
- Bakken: circa 35 minuten op de op een na onderste richel om een blonde koek te krijgen. Dan meteen het buitenste harde randje met een heel scherp mesje wegsnijden. Het baksel met het mesje verdelen in vierkantjes. Laten afkoelen tot lauw, dan pas uit de vorm nemen. De mazurka’s verder laten afkoelen op een taartrooster. In een goed sluitende trommel bewaren voor hoogstens drie dagen, daarna verliezen ze hun taaiheid. Anders invriezen.
